Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De naam nu van [26]Hebron was eertijds Kirjath-arba, [27]die [28]een groot mens geweest is onder de Enakieten. En [29]het land rustte van den krijg. 26. Velen houden het er voor dat Kiriath-Arba is genoemd geworden Hebron, naar Hebron, den zoon van Kaleb, die 1 Kron.2:42, genoemd wordt de vader Hebron. 27. Arba is de naam van een man, van welken de stad haar naam heeft. 28. Zo ten aanzien zijner macht en autoriteit als der grootte van zijn lichaam: en groot onder de Enakim; dat is, de grootste onder hen, alzo ook Luk.1:28. 29. Te weten, nadat Jozua aan Kaleb de stad Hebron gegeven en Kaleb dezelve had ingenomen; maar niet in dien tijd toen Kaleb haar van Jozua begeerde, vs.12, want toen was Hebron en nog vele landen te winnen.